Het verloren schaap...

8 november 2015 - Wagga Wagga, Australië

... is weer terecht! Ik heb een tijdje niet veel van mezelf laten horen, voornamelijk omdat ik het erg druk had met leuke dingen doen en werken. Werken? Je bent op reis! Ja, maar na twee maanden touren en feesten met alle mensen die je ontmoet (lees: elke nieuwe persoon wil ‘gezellig op stap’) is de bankrekening leeg. Ik zal in deze blog schrijven wat ik de afgelopen twee maanden heb uitgespookt in het fantastische Oz. Hiervoor zal ik VER moeten terugblikken en een HEEL dagboek moeten teruglezen (ik ben in Darwin begonnen in een nieuw dagboek, nadat het dagboek dat ik van Fenneke had gekregen al helemaal vol geschreven was. Inmiddels ben ik op de laatste pagina’s van mijn tweede dagboek aan het schrijven...). Ik heb twee maanden bij te praten, dus bereid je voor op een overload een tekst!

Het vervolg van mijn reis in Australie begon in Cairns. Ik had bij de Greyhound een aantal tours geboekt (Magnetic Island, Whitsundays en Fraser Island) met open data, wat betekent dat ik een week van te voren naar de reisorganisatie moet bellen om aan te geven dat ik op een bepaalde datum de tour wil gaan doen. In principe zou ik dit alleen doen, in mijn eigen tempo, waarbij ik verder gebruik zou maken van de Greyhound bus. Het geval wilde echter dat ik op facebook in contact kwam met Manon. Ook een Brabander (dat schept al snel een band, ook al ben ik import en woon ik er zelf niet meer haha) en we bleken een gemeenschappelijke vriend op facebook te hebben, een oud huisgenootje van mij en maatje uit het voetbal team van Manon. Op een dag liep ik door Cairns (waar ik me een beetje begon te vervelen, als jullie je dat nog kunnen herinneren) en toen stuurde ik Manon een berichtje op facebook ‘meet and greet?’. 10 minuten later ontmoette ik Manon, samen met haar –op dat moment nog- reismaatje Michael uit Belgie (Cairns is niet heel groot). Die avond hadden we bij de lagoon op de esplanade van Cairns een BBQ, met Ilona (van de Melbourne-Adelaide tour, je komt mensen overal weer tegen) en Marcella. Het was meteen erg gezellig! Die week heb ik nog vaker met Manon afgesproken. Voordat mijn avonturen met Manon echter zouden beginnen, ben ik nog naar the Great Barrier Reef geweest en naar de Frankland Island. OH MY GOSH! Tijdens de tour naar the GBR kon ik een introductie duik doen. Helaas faalde die poging, want ergens in mijn hoofd had ik een kortsluiting toen ik moest ademen door dat dingskie onder water. Ook deed ik mee met een introductie snorkel experience. Snorkelen had ik op Malta een paar jaar terug al eens geprobeerd, maar ook dat ging destijds mis. Een beetje begeleiding bij het snorkelen vond ik daarom erg prettig. Je bent immers toch midden op zee. Ik hees mezelf in een wetsuit (meest oncharmante outfit die ik aan had EVER) en in een zwemvest (hoewel ik –volgens mij- mijn A, B en C diploma heb (ma, hoe zit dat?), ben ik op zee geen sterke zwemmer en snel in paniek). We kregen begeleiding van een erg leuke jonge man. We moesten eerst zittend op een rand ons hoofd onder water steken met onze snorkelgear (hoe raar moet dat eruit hebben gezien) en vervolgens moesten we volledig het water in, waarbij we onze hand moesten laten rusten op een zwembad. Ik voelde me echt een totale sukkel haha. Anyway, de guide nam ons mee aan de zwemband, gaf ons wat instructies en vertelde wat over het GBR, de soorten dieren/vissen en het koraal (hij was marine biologist). Ik was sprakeloos. Het feit dat ik nog steeds een snorkel in mijn mond had helpt daar natuurlijk ook niet bij. Ik waande mij in 1 groot aquarium, als ik ineens een rol had in Finding Nemo (niet gevonden overigens). De meest grote (zeg gerust enorme!) en kleurrijke vissen heb ik voorbij zien komen. Het koraal was prachtig en doordat het dicht bij het wateroppervlakte lag waren de kleuren door het licht van de zon erg goed te zien. Ik heb dus de rest van de dag in het water doorgebracht. Ik kon er niet over uit hoe prachtig deze onderwaterwereld was. Ik mocht van Michael zijn GoPro lenen, dus ik heb wat foto’s kunnen maken. Helaas was halverwege de dag de batterij leeg, dus verder zal ik het met herinneringen moeten doen. Verder ben ik vanuit Cairns dus nog naar de Frankland Islands geweest, wat eilanden zijn die voornamelijk zijn ontstaan vanuit de koraal riffen. Kort door de bocht: dood koraal spoelt aan, versteent door weersomstandigheden en vormt een eiland. Aan deze tour deden voornamelijk Aziaten mee (de details zal ik jullie besparen), maar dat neemt niet weg dat de tour erg leuk was en de eilanden prachtig!

Vervolgens begon mijn avontuur met Manon. Het geval wilde dat Michael zijn draai niet kon vinden in Australie en het drastische besluit nam om terug naar Belgie te gaan. Hij had echter samen met Manon al een campervan gehuurd en betaald. Omdat het best goed klikte met Manon, werd aan mij gevraagd of ik anders niet met haar de oostkust onveilig wilde maken. Ik heb hier best lang over na moeten denken. Enerzijds stond het reizen met een campervan (dan wel niet in Australie) op mijn bucketlist, anderzijds had ik de Greyhound bus van Cairns-Melbourne al betaald via Kilroy en ik kreeg mijn geld niet terug vanwege 100% annuleringskosten. Wijze les geleerd overigens: boek niet teveel van te voren en boek vooral zelf, want ik heb niets dan gedonder gehad met fouten vanwege het omboeken van mijn reis via Kilroy. Manon zei mij echter dat ik het deel van Michael niet hoefde te betalen i.v.m. mijn GreyhoudPass. Mijn besluit was daarna snel gemaakt. Met Manon haalde ik de campervan genaamd ‘Mark’ op en we besloten om eerst nog een stukje naar het noorden de gaan alvorens we zouden afdalen richting Sydney. We gingen naar Port Douglas en hebben via daar nog een tour geboekt naar Cape Tribulation. De tour op zich was leuk, maar ik had wat meer verwacht van Cape Tribulation aangezien het bekent staat om de plek waar twee wereld erfgoeden elkaar ontmoeten (Daintree Forest en GBR). Manon en ik wisselden elkaar af met rijden. Dat links rijden was nog best spannend. Na Cape Tribulation en Port Douglas daalden we naar een tussenstop in Cairns (nog even een keer op stap!) af naar beneden. Een van onze eerste stops was Mission Beach, een strand dat niet heel anders is dan alle andere stranden, maar dat vooral bekent staat als landingsplaats voor de skydivers.

De volgende stop was Townsville, vanuit waar we naar Magnetic Island zouden gaan. Wat een fantastische dagen hebben we daar gehad! We sliepen in een Base hostel. We zijn naar Bungalow Bay Koala Village gegaan, waar we allerhande dieren vast hebben mogen houden, van vogels tot schildpadden en verschillende soorten lizzards. Zelfs een mini krokodil en een Echidna (die deed pijn overigens). Uiteraard mocht de Koala niet ontbreken. Ik had het wel met het beestje te doen. Hij werd van de ene persoon naar de andere gehesen. Ik kan mij niet voorstellen dat hij het leuk vindt. Toch heb ik er voor gekozen om ook de Koala (‘ Thorn’) even vast te houden. De dieren werden naar wat ik kon zien goed verzorgd en er werden verschillende voorzorgsmaatregelen genomen. Ik heb wel eens horrorverhalen gehoord van nagels die van de klauwtjes van de koala’s worden getrokken zodat zij mensen niet kunnen krassen, maar zijn nageltjes waren bijvoorbeeld wel degelijk aanwezig (duidelijk te voelen haha). Ik was helemaal in de hemel, intens gelukkig! De vacht van de koala voelde een beetje als de wol van een schaapje (destijds niet wetende dat ik daar een paar weken later heel veel van zou gaan voelen). Verder hebben we op Magnetic Island een ‘barbie auto’ gehuurd. Een roze auto, open dak en geen ramen. Gewoon een enorme speelgoed auto. Dat ding reed voor geen meter, maar het was wel lollig. De laatste dag hadden we een rit te paard staan. Ik kon niet wachten om weer in het zadel te klimmen. Als er 1 ding is dat ik heb gemist tijdens mijn studietijd (alsof ik inmiddels 10 jaar verder ben :P), dan is het wel het regelmatig paardrijden. Gelukkig heeft Manon ook veel rij-ervaring. Ik dacht dat ik inmiddels in Zeeland al een paar mooie strandritten had gehad, maar dit was toch wel de mooiste rit die ik ooit heb gehad! In plaats van herten en eekhoorntjes, zagen we nu koala’s en kaketoes, zowel witte als zwarte. Omdat Manon en ik ons als ‘experts’  hadden opgegeven, gingen wij ook stukken galopperen. Mijn paard besloot er om er in de volle rengalop vandoor te gaan (ik trek dat aan geloof ik want dat gebeurt me altijd), maar gelukkig ben ik er zonder kleerscheuren vanaf gekomen. Het hoogtepunt van deze rit was wel het ‘zwemmen’  met de paarden in zee. We moesten van het paard afstappen, onze kleding uittrekken (bikini hadden we aan onder onze kleding en ik koos ervoor om mijn t-shirt aan te houden) en vervolgens weer opstappen nadat de begeleiders alle paarden hadden afgezadeld. Vervolgens reden we te paard, zonder zadel, het water in. Wat een ultiem geluk van vrijheid gaf dat! Het vroeg wat van mijn balans, want door het klotsende water van de zee werd ik steeds bijna van het paard geklotst en het feit dat het water van links naar rechts (of rechts naar links) beweegt en het paard vooruit is ook niet heel bevordelijk voor het evenwichtsgevoel. MAAR HET WAS FANTASTISCH en ik heb er erg van genoten! Na drie dagen was het tijd om Magnetic Island weer te verlaten.

Onze volgende bestemming zou Airlie Beach zijn, vanuit waar we de Whitsundays te boot zouden verkennen. Ik had van te voren wel ook besloten dat ik heel graag over het reef wilde vliegen, dus ik boekte een vlucht bij een van de vele touroparators.  Met ‘Pride of Airlie’ vaarden we de eerste dag naar South Molle Island, waar we op een resort zouden overnachten. Veel resort was er niet aan, want het was verlaten en wat vervallen. De eerste avond keken we naar de zonsondergang. De volgende dag gingen we snorkelen, maar dat viel erg tegen ten opzichte van wat ik had gezien in Cairns. Veel koraal was dood en hoewel ook hier mooie vissen te zien waren, waren deze niet in die grote getalen aanwezig zoals bij Cairns. Na het snorkelen gingen we naar Whitsunday Island, waar we naar Whitehaven Beach gingen. Het hoogtepunt van deze tour. Ik heb nog nooit in heel mijn leven zo’n wit zand gezien. Hoe dit zo wit komt, wederom, Google er maar op los ;) We liepen eerst naar een uitzichtpunt waarbij we Whitehaven Beach konden overzien. Jammer genoeg stond het water erg hoog, dus veel van het zand zelf was niet te zien, zoals op alle foto’s op de folders altijd te zien is. Vervolgens liepen we de heuvel af, naar beneden richting Whitehaven Beach zelf. Het zand was totaal niet heet en voelde ZO ontzettend zacht aan tussen de teentjes. Echt fantastisch! We hebben hier even rondgelopen en gezwommen in het heerlijke warme water waar we een ontmoeting hadden met wat kleine roggen en haaitjes (no worries, zij waren banger van ons dat wij van hen!). De volgende dag zijn we nog naar een uitkijkpunt op South Molle Island gegaan, waar we een mooi uitzicht hadden over de Whitsundays. Ook deze tour was na drie dagen weer aan een einde gekomen. We overnachtten nog een nachtje in Airlie Beach in onze Mark, want de volgende dag zou ik over het reef gaan vliegen. Ik heb hierbij heel wat angsten en ‘tussen-mijn-oren-gevoelens’ opzij moeten zetten. Ik heb vliegangst, maar dat heeft mij er gelukkig nooit van weerhouden om te vliegen (ik bedoel, hoe moet je anders in Australie komen?). Ik moet zeggen dat de vlucht hier naar toe mij alles is meegevallen en met films heb ik mij prima vermaakt. Het idee van een acht persoons vliegtuigje vond ik echter minder prettig. Verder ben ik niet claustrofobisch, maar heeeeele kleine ruimtes zorgen bij mij toch wel voor verhoogde pols en zwetende handjes. Ook nu waren de Aziaten weer ruim vertegenwoordigd en ik was de enige ‘ westerling’  in ons vliegtuigje. Omdat ik alleen was, vroeg Nick de piloot of het mij leuk leek om voorin te komen zitten. HELL YEAH! Al snel werd het me duidelijk dat ik daar een fantastisch uitzicht zou hebben, want ik kon niet alleen naast mij uit het raampje kijken, maar ook vooruit! Ik kreeg een koptelefoon op, inclusief microfoon zodat we met elkaar konden communiceren. Het opstijgen was totaal geen pretje. De startbaan/landingsbaan lag tussen twee bergen en die dag was het erg aan het waaien. Het vliegtuigje hobbelde dan ook aardig op en neer. Na vijf minuten was ik dit echter vergeten. Het uitzicht over de Whitsundays was breathtaking! Wederom was ik sprakeloos. We vlogen over de Whitsundays en langs Whitehaven Beach, waarbij nu wel veel zand te zien was vanwege laagtij dus dat was helemaal geweldig! Eerst vlogen we er rechts langs af, zodat de mensen aan de linkerkant in het vliegtuigje foto’s konden maken. Vervolgens maakte Nick een hele fijne (not) scherpe bocht rechtsom (ik keek recht op het water, slik), zodat de mensen aan de rechterkant foto’s konden maken. Wat een geweldig mooi uitzicht was dit. Vervolgens vlogen we verder. Het was ongeveer 15 minuten vliegen naar het Hardy Reef en Hook Reef. We daalden in hoogte, zodat we uiteindelijk maar 150 meter hoog boven het reef zouden vliegen. Ook dit was weer een ontzettend mooi uitzicht. We vlogen over Heart Reef (ook weer links en rechtsom). Ik heb weinig foto’s gemaakt, omdat ik echt van het uitzicht wilde genieten, niet alles via mijn camera wilde zien en ‘ in het moment wilde zijn’. Wat was dit mooi! Ik merk dat ik het lastig vind om alles te beschrijven zoals ik het voelde. Maar dit was, net zoals mijn dag in het GBR, een dag waarbij ik alles heb moeten laten bezinken en even wat traantjes heb gelaten. Gewoon vanwege het feit dat het zo mooi is wat ik heb gezien en dat ik echt bevoorrecht ben om dat allemaal te hebben mogen zien. Niet verkeerd om daar zo nu en dan even bij stil te staan. Het landen met het vliegtuigje was nog erger dan het opstijgen. De wind duwde het vliegtuigje alle kanten op en een paar Aziaten werden niet zo leuk. Ik rook op een gegeven moment namelijk een zeer bekende onaangename lucht en zag bij het uitstappen drie Aziaten met witte zakjes lopen. De eindjes mogen jullie zelf aan elkaar knopen. Eenmaal terug in Airlie Beach werd het weer tijd voor Manon en mij om verder te touren met onze Mark richting het zuiden.

Ons volgend groot avontuur zou plaatvinden op Fraser Island. We reden naar Hervey Bay, waar we in een hostel zouden overnachten in plaats van in Mark. Dit hoorde bij de tour, want er moesten wat veiligheidsregels worden besproken. We zouden namelijk op Fraser Island met vier 4x4 auto’s gaan rijden, waarbij in de eerste auto de tourguide zou rijden en in de overige auto’s mochten wij zelf om de beurt rijden. De dag na de overnachting in het hostel vertrokken we al vroeg met de auto’s richting het pontje dat ons naar Fraser Island zou brengen. De eerste dag bezochten we Lake Birrabeen. Manon reed eerst in de enorme auto! Vanaf Lake Wabby reed ik. Ten opzichte van onze Mark en de barbie auto op Magnetic Island was dit de hemel. In standje 4x4, tweede versnelling, door het losse zand rijden, waarbij de grootste uitdaging was om niet vast te komen zitten in het zand. Er moesten soms flink wat touren gemaakt worden, maar dat was ook de belangrijkste instructie van de tourguide. Vooral niet bang zijn om de auto wat power te geven, vooral niet afzakken in snelheid. Je voelde de auto af en toe schuiven in het zand en doordat er veel werd gereden op de zandpaden waren er ook flink wat hobbels en kuilen ontstaan, maar dat maakte het rijden alleen maar leuker! Helemaal geweldig! We reden vervolgens ook nog een stuk met de auto over het strand. Net zoals het paardrijden over het strand gaf ook dit een ultiem gevoel van vrijheid. Geen weg, alleen maar zand, met wel hier en daar wat snelheidsborden (je mocht ‘maar’ 80k per uur rijden). We reden naar Lake Wabby, waar we pas na 45 min lopen (door zand, wat een hel!) aankwamen. De tweede dag reden we helemaal naar het noorden via het strand aan het oosten van Fraser. De eerste stop waren de champagne pools. Heerlijk water, lekker zwemmen tussen de visjes. Daarna reden we terug naar Indian Head, waar we na een klinke klim een mooi uitzicht hadden over de zee en twee stranden. Ook zagen we vanaf daar twee Eagle Rays (wat een prachtbeesten!) en een schildpad zwemmen! Helemaal geweldig! Vervolgens reden we weer verder terug, richting Maheno Shipwreck. Heel bijzonder om te zien. De laatste stop was Eli Creek, waarbij we ons met een stroompje konden laten meevoeren richting de zee. Ook erg leuk en mooi om te zien. De derde en laatste dag op Fraser Island was mijn VERJAARDAG! De dag dat ik 26 werd en zoals Marloes zei ‘aan de verkeerde kant van de 25’ terecht kwam. Manon had geregeld dat een paar lieve vriendinnetjes en mijn ouders filmpjes hadden opgenomen voor mijn verjaardag. Ik kreeg een kaartje van haar en ze liet me voor het ontbijt de filmpjes zien. Ik vond het echt super leuk en wil iedereen nogmaals bedanken, ik vond het echt heel erg lief! We reden na het ontbijt naar Lake McKenzie, wat echt een heerlijk meer was om even in te zwemmen. Hierna reden we naar Kingfisher Bay, waar het ook weer tijd werd om terug te varen richting Hervey Bay. In principe hoorde bij de tour nog een overnachting in het hostel, maar we besloten om door de rijden naar Noosa, waar we volgens Manon heel leuk op stap konden voor mijn verjaardag. Als verrassing had Manon ook Mark nog van binnen versierd en had ze een taartje gekocht, dus ik voelde me echt wel jarig aan de andere kant van de wereld! Dat we goed op stap konden in Noosa, dat heb ik geweten. We konden helaas geen overnachtingsplek vinden voor onze Mark, dus we besloten om dan maar weer in een hostel te overnachtgen, bij Nomads. Manon regelde wat korting omdat ik jarig was. We begonnen onze feestavond in Nomads zelf, waar we in de bar met een Nederlandse jongen gezellig was drankjes hebben gedaan. Vervolgens konden we de shuttle naar Noosa centrum pakken, om daar het feestje voort te zetten. Ik heb een fantastische avond en verjaardag gehad! De volgende dag reden we door naar het oude werk van Manon. Zij heeft gewerkt bij Lifestyle Supports, een organisatie die kinderen met een verstandelijke beperking opvangt die een beetje tussen wal in schip vallen. Haar baas heeft meerdere huizen en wij mochten in een van deze huizen overnachten. Noem het maar gerust een villa! De villa waar we in mochten verblijven was het ‘ oude’  huis van de baas (inmiddels had hij weer een nieuw leuk optrekje gekocht), dat voortaan werd verhuurd aan groepen. Als Manon en ik de boel daar een beetje zouden poesten en het beddengoed zouden wassen en verwisselen, zouden we wat geld kunnen verdienen. Ik vond dit geen probleem want mijn bankrekening was al aardig leeggeslurpt. We zijn daar twee nachten gebleven, waarbij Manon en ik beiden ons eigen Kingsize bed hadden (er waren vijf slaapkamers en drire badkamers, echt belachelijk, een zwembad, mega BBQ en grote luxe buitenmeubels). Er was ook een regendouche aanwezig en daar heb ik zeer dankbaar gebruik van gemaakt. Wat een heerlijk gevoel was het om daarna helemaal fris en fruitig in een kingsize bed te kunnen springen (ja, letterlijk, springen!), om daar vervolgens in te kunnen gaan slapen tussen de overdreven grote hoeveelheid kussens, zonder iemand naast me (niets tegen Manon) en gewoon als een zeester te kunnen gaan liggen. Begrijp me niet verkeerd, het was prima slapen in Mark, maar dit was een zeer aangename en welkome afwisseling! Na twee nachten hier te hebben verbleven reden we door naar Brisbane, waar we echter maar een paar uur zijn geweest. We reden door naar Surfers Paradise en over Byron Bay naar Newcastle (in een paar dagen tijd). Vanaf Newcastle waren we bijna in Sydney. Een moment waar ik ook echt niet op kon wachten.

We moesten Mark helaas 17 oktober weer inleveren in Sydney, dus zogezegd, zogedaan. Met mijn in onze harten namen we afscheid van onze trouwe vriend. We hadden hierbij ook nog een aangename financiele meevaller, wat de pijn wat deed verzachten, want hoewel we over het aantal kilometers heen waren gekomen dat in ons pakket zat, hoefden we niets bij te betalen. Het geld dat we dus hadden verdiend bij het oude werk van Manon (en dat we bij Mark zouden leggen) konden we dus mooi in onze eigen zak steken. Een dubbele meevaller dus! Vervolgens moesten we op zoek naar ons hostel, maar daar waar we Mark moesten terugbrengen lag VER buiten het centrum. Twee vriendelijke vriendinnen die ons zagen lopen in een stuk waar wij volgens hen wel verdwaald moesten zijn, brachten ons naar een treinstation waar we een directe trein naar het centrum konden nemen. Een uur later stonden we in hartje Sydney. Ik was meteen verkocht . Die drukte, al die mensen, leuke eettentjes en winkeltjes om mij heen, laat mij maar hier! We zochten ons hostel op, dat niet ver zou moeten liggen van Townhall Station. Het was ook niet ver, maar met (inmiddels) drie zware tassen was het geen aangename wandeling. Manon had voor ons beide 1 nacht geboekt, maar ik boekte een extra nacht bij. Ik wist inmiddels dat ik maandags zou vertrekken naar Wagga Wagga, waar ik straks meer over zal vertellen. We besloten om even de stad in te gaan. Allerlei winkel kwamen ons tegemoet (van de Zara tot Chanel -die Boybag of 2.55 komt er zeker ooit-) en ik baalde dat ik mijn goudstaven in Nederland had laten liggen. Vanaf een van de grote winkelstraten konden we de Harbour Bridge al een beetje zien. Mijn hartje begon weer/nog sneller te kloppen. Kijk, grote winkelstraten heb je overal, maar een iconisch bouwwerk als dat zien is toch wel echt een bevestiging dat je in een van grotere steden van de wereld bent. Ik was he-le-maal in mijn element. We liepen richting Sydney Cove, de haven, waar we zicht hadden op zowel de Harbour Bridge als het Sydney Opera House. Ik was helemaal enthousiast, maar kon ook niet helemaal geloven dat ik daadwerkelijk in Sydney was. Het is altijd zo vreemd (net zoals overigens de gehele reis) om ineens gebouwen en bepaalde uitzichten die je normaal altijd op foto’s van anderen of in reisboeken ziet met je eigen ogen te kunnen zien. Het blijft dan altijd een beetje een onwerkelijk gevoel. Als je dan je eigen foto’s terug kijkt, is het ook net alsof je naar foto’s van anderen aan het kijken bent, terwijl ik het toch echt zelf ben op de foto’s. We liepen een stukje in de haven en gingen daarna weer terug naar het hostel. Het zou Manon haar laatste avond in Sydney zijn alvorens zij naar Melbourne zou vliegen (en een week later alweer terug naar huis!) en we besloten om ’s avonds weer terug te gaan naar de Harbour Bridge om daar Sydney by night te kunnen zien. We liepen de Harbour Bridge op, maar mijn hoogtevrees sloeg weer toe dus ik bleef op een bepaald punt staan waar Manon nog een stuk doorliep met mijn camera om foto’s te maken. Gelukkig weet ik dat ik nog terug kom in Sydney, dus ik heb nog genoeg kansen om zelf de wandeling over de Harbour Bridge te vervolgen.

De volgende dag heb ik afscheid genomen van Manon, want zij zou al vroeg naar Melbourne vliegen. Ik maakte mij daarna snel klaar om met de trein te vertrekken richting Roseville, waar ik een Nederlands gezin zou ontmoeten. Ik zou daar misschien als au pair aan de slag kunnen, wat zou betekenen dat ik zeker tot April in Sydney zou zijn. Hoewel het niet een dikke vetpot is, kan ik er toch wat geld mee verdienen EN een paar maanden in Sydney wonen! De kennismaking was erg leuk en al snel had ik (ook al had het gezin mij een week gegeven om erover na te denken of ik het wilde doen) besloten om het gewoon te doen! Op het treinstation kocht ik ook alvast een treinkaartje naar Wagga Wagga. Ik ga dus als au pair aan de slag, iets wat ik mij van te voren nooit had kunnen bedenken. De rest van de dag ben ik weer door Sydney gaan lopen. Ik liep weer richting de haven, waar ik nu naar het Sydney Opera House liep om dat van dichtbij te bekijken. Het toeval wilde dat het vandaag ‘open day’  was, wat betekende dat ik gratis naar binnen kon om het gebouw van binnen te bekijken. Het was natuurlijk kneiter druk, maar met wat muziek in mijn oren (besloten toch maar te betalen voor Spotify) heb ik mij wel vermaakt in de wachtrij van een uur. Eenmaal binnen voelde het in eerste instantie nogal klein en een van de eerste zalen was ook niet zo heel groot. De grote zaal echter was INMENS. Fantastisch om te zien! In totaal heb ik 4 zalen gezien en wat kleedkamers en oefenruimtes. Erg leuk! Hierna ben ik (weer) naar het winkelcentrum gelopen (Westfield shoppingmall) en ineens bedacht ik mij dat ik volgens mij ooit eens op internet iets had gelezen over Laduree in Sydney. De mensen die mij goed kennen weten dat ik niet vies ben van een macaron en zeker die van Laderee zijn to die for! Gewapend met google maps ging ik daarom op zoek en ja hoor, volgens google maps zou hij in Westfield moeten zitten. Ik heb dat winkelcentrum wel vier keer van boven en beneden gehad en uiteindelijk, na een half uur zoeken, had ik Laduree eindelijk gevonden. Ik kocht 8 macarons in een aantal hemelse smaken en heb er diezelfde dag nog lekker van gesnoept. Mijn laatste dure uitgave voordat ik echt op mijn geld moest gaan zitten. Die avond ben ik wat gaan eten met Suzanne (ook van de Melbourne-Adelaide tour), die ook als au pair aan de slag gaat in Sydney, dus ik ken in ieder geval 1 iemand straks daar haha!

Maandag 19 oktober was de dag het feesten en ‘lang leve de lol’  echter aan een einde zou komen. Klinkt heel dramatisch, maar ik zou vanaf dan gaan werken. Ik zou de komende 7 weken vertoeven tussen de schapen. Ik zou naar Wagga Wagga gaan, de grootste stad (schijnbaar) in de binnenlanden van New South Wales. Ik was via facebook in contact gekomen met een Nederlandse vrouw, getrouwd met een Australische man die samen shearing contractors zijn. Omdat ik er aan zit te denken voor een second year visa te gaan, moet ik echter wel 88 dagen regional work doen. Omdat al vast stond dat ik in ieder geval tot en met april gebakken zat bij het Nederlandse gezin in Sydney (wat helaas niet telt als regional work), moest ik wel nu al een aantal dagen regional work gaan doen, omdat ik waarschijnlijk de 88 dagen niet zou halen na april tot het verlopen van mijn visum. Er hadden meerdere mensen gereageerd op haar bericht, maar omdat ik wat meer over mijzelf vertelde vond ze het leuk als ik zou komen om te komen werken als ‘shed hand’. Ik had totaal geen idee wat het inhield en wat ik moest verwachten, maar ik dacht, deze kans moet ik grijpen. Het zou ook prima verdienen ($150,- per dag na betalen van accommodatie en tax) en ook dat vond ik zeer belangrijk aangezien ik een buffer wilde hebben voor het vervolg van mijn reis of eventuele terugkomst in Nederland. Ik vertrok dus nogal bleu naar Wagga Wagga, waar ik door Marjan (de Nederlandse vrouw) zou worden opgehaald. De treinreis duurde bijna 7 uur, dus ik was helemaal gaar. Ik zou bij het gezin zelf een aantal weken intrekken, dus ik hoefde mij geen zorgen te maken over een slaapplek en maaltijden. Hun huis is in Lake Albert, vlak bij Wagga Wagga.

Dinsdag was mijn eerste dag werken. Ik moest vroeg opstaan en zou met Ryan (de Australische man) meerijden naar een shed. Er werden nog wat mannen opgehaald en tijdens de rit voegde zich nog een andere auto bij ons. De shed was ongeveer op een uur afstand van Lake Albert. In de shed werd er door anderen geen moeite gedaan om zichzelf even voor te stellen, waardoor ik mij niet echt op mijn plek voelde. Een Frans meisje (Noellie), ook een backpacker, werkte er echter al een aantal weekjes en nam mij een beetje op sleeptouw. Toen de vier scheerders begonnen met scheren liet het Noellie mij zien wat ik moest doen. De scheerders scheren eerst het buikje, dat wordt dan in een aparte box gedaan. Vervolgens scheren ze de crutch, wat ook weggeveegd moet worden. Daarna scheren ze de rest van het schaap, waarna het fleece vervolgens moet worden opgepakt en naar de woolclasser gebracht wordt. Hier wordt het fleece dan geskirt en geclassificeerd door de woolclasser. Mocht je hier meer over willen weten (erg interessant!) dan moeten jullie even Google-en, want deze blog loopt al uit de hand ;) Het was een hele belevenis die eerste dag. Het klinkt allemaal heel makkelijk dat vegen en opzich is de handeling zelf ook heel makkelijk, maar het gaat in een rap tempo daar wordt je bang van! De tweede week ging ik op ‘camp-out’, wat betekent dat we een week weg zouden zijn van huis, simpelweg om de shed te ver weg is om elke dag heen en weer te rijden. Het werk was hetzelfde, maar nu zou ik een week lang met dezelfde mensen opgescheept zitten. Inmiddels kwamen zowel zij als ik wat losser dus dat was prima, maar met betrekking tot het werk zelf bouwde ik wat frustraties op. Ik loop namelijk mijn benen uit mijn lijf en doe mijn uiterste best om alles goed te doen, maar de perfectionist in mij vind het nooit goed genoeg en ik had het gevoel dat de scheerders niet waardeerde wat ik deed, hoe hard ik ook mijn best deed. Die week had ik het daarom erg zwaar en heb ik voor het eerst het gevoel gehad thuis echt te missen. Gelukkig ben ik een doorzetter en vastbesloten om de 7 weken vol te maken (zowel vanwege het geld als een deel van de 88 dagen voor een second year visa). Het gaat zeker nog wat frustraties opleveren, spierpijn en tranen, maar net zoals stage zal ik dit ook wel overleven.

Inmiddels ben ik drie weken verder en heb ik de eerste twee weken al uitbetaald gekregen  (eindelijk groeit mijn bankrekening weer!). De afgelopen week heb ik voor een andere contractor gewerkt, omdat Ryan geen schapen kon scheren vanwege de regen. Schijnbaar komt er dan ammoniak vrij, waardoor de scheerders erg ziek kunnen worden (Google away ;)). Ook het werken voor een andere contractor was weer een hele belevenis, maar ook hier namen ze de tijd om mij weer nieuwe dingen te leren.

In de weekenden ga ik naar Wagga Wagga (dan wel met de bus of Marjan brengt mij), waar ik dan een beetje kan ‘winkelen’, wat vooral kijken-niet-kopen is omdat ik wil sparen, maar dan heb ik in ieder geval wat te doen. Verder ga ik wel eens wat stukjes wandelen, luister ik muziek, lees ik een boek of kijk ik TV. Ik vind het erg leuk om op deze manier het ‘echte’ Australische leven mee te maken. Ik had als regional work ook fruit kunnen gaan plukken, maar naast de horrorverhalen die je daar vaak over hoort (oplichting e.d.), werk je daar ook alleen maar met andere backpackers. Nu woon ik gewoon bij een gezin en maak ik ook de dagelijkse dingen mee, wat mijn reis hier toch wel extra speciaal maakt. Het werk is zwaar, maar het verdient prima en ik ben heel wat ervaringen rijker hierdoor.

Nou, dit zijn bijna twee maanden die jullie hier nu hebben gelezen! Dat kon echt niet korter, sorry! Haha! Ik ben in ieder geval dus nog lang niet van plan om naar huis te gaan, hoezeer ik mijn familie en allerliefste vriendinnetjes ook mis! Gelukkig bestaat er internet, Skype, whatsapp, Hangout, noem het maar op! Tot spreeks!

XOXO

 

7 Reacties

  1. Janet:
    8 november 2015
    Hè lieve Claudia wat een mooi verslag zeg leuk om te lezen. Wat leuk om zo bij een gezin te kunnen zijn en dat schaap scheren stoer hoor
    Ik kijk vaak mcleods daughters en dan zie je dat ook. Fijn dat je het zo goed naar je zin hebt
    Geniet er maar lekker van
    Hoe is het weer daar?
    Hier al held tijd mooi gister 19 gr
    Mag van mij wel zo blijven
    Nu 10 gr en mistig
    Fijne dag vandaag en tot het volgende reisverhaal
    Ik vind dit erg leuk om je zo te volgen en op Facebook ook
    Liefs van "juf Janet "
  2. Hans:
    8 november 2015
    Geweldig hoe je zo een lange periode toch in een relatief kort verslag weet te proppen. En mijn bonussie begint te veranderen, heerlijk om dat te merken.
    Blijf vooral doorgaan moppie, maar missen doe ik je wel!
    Xx
  3. Moekie:
    8 november 2015
    Hoi lief skôn durske van mij : geweldig verhaal weer en fijn dat jij je zo bevoorrecht voelt om deze dingen mee te maken ! Ik voel mij bevoorrecht zo'n geweldige dappere dochter te hebben ! Wij zijn uit het " wijlatenonsnietfuckenhout" gesneden ! 3 dingetjes : jij bent wel degelijk Brabantse , geboren in Eindhoven !!!, C-diploma hebbie niet :-p en ik mis de horror redbackspider ! Maar blijf vooral genieten en ons daarvan op de hoogte houden mupke ! Al missen wij jou gruwelijk , ik wilde dat ik in jouw schoenen stond, maar helaas heb ik destijds de mooie kans laten liggen , dus VOORAL DOORGAAN.............
  4. Moekie:
    8 november 2015
    Baai de wee : ik zie mijn zeesterretje al helemaal liggen :-p
  5. Carmen:
    8 november 2015
    Super leuk om je avonturen weer te lezen! Ik heb wat plekken opgezocht waar je vent geweest en het ziet er allemaal zo ongelooflijk mooi uit. Ik kan me goed voorstellen dat het soms onwerkelijk voor je voelt om daar te zijn. De komende weken nog even doorzetten met de schapen daar, maar dat gaat je lukken!
    Geniet van het australische leven daar! Xxxx
  6. Marloes:
    9 november 2015
    Hee allerliefste schapenscheerder van me!

    Allereerst; wat zou ik graag jou gezicht hebben willen zien op je allereerste werkdag in wagga wagga XD!! Onbetaalbaar moet dat zijn geweest.
    Wat ben ik blij dat je je daar alleen zo goed weet te redden, petje af!

    Verder vind ik het jammer om te lezen dat je voor een second year visum gaat, maar ik moet je groot gelijk geven. Ik had natuurlijk gehoopt dat we in de zomer van 2016 weer wat festivalletjes konden meepikken samen, de terrasjes van Nijmegen onveilig konden maken en liters thee mét roddels konden wegdrinken.... Echter zou ik geen echte vriendin zijn als ik het je niet zou gunnen, dus dat die ik dan maar wel ;)

    Zet m op schapenscheerder van me! En laat ons snel weer meegenieten van je avonturen daar!

    Dikke kus en veel liefs!!
  7. Martin:
    16 november 2015
    Kiekt um goan.